Geschiedenis
Over het ontstaan van onze eerste Belgische middelbare Steinerschool in Antwerpen in 1969, haar geschiedenis en haar naam Hiberniaschool, schreef oud-leerkracht Wilbert Lambrechts uitgebreid in een bulletin van Hibernia, februari 2014.
Hier vindt u deze rijk gedocumenteerde tekst.
Gebouw
Veel Antwerpenaars kennen de Steinerschool in de Volkstraat met zijn indrukwekkende en karakteristieke gevel in art-nouveaustijl. Weinigen weten nog dat dit pand in 1901 opgetrokken werd als het Liberaal Volkshuis. Het was het hoofdkwartier van de liberale arbeidersbeweging in de Scheldestad, die op dat ogenblik bijzonder sterk uitgebouwd was.
Haar geschiedenis startte in 1880 met de oprichting van een ziekenfonds dat de sprekende naam Help U Zelve koos. In 1894 nam het secretariaat zijn intrek in een herenhuis in de Scheldestraat. Een paar jaar later, in 1897, startte men op de achterliggende gronden met een bakkerij. De winsten van deze coöperatie maakten het niet alleen mogelijk de medische dienstverlening uit te breiden, maar ook een nieuw onderkomen te financieren, daar de bestaande lokalen te klein waren geworden. Later zou Help U Zelve nog twee coöperaties, de Volkslevensverzekering en de Volksbrouwerij, realiseren, maar voorlopig ging alle aandacht naar de bouw van een prestigieus nieuw onderkomen aan de Volkstraat.
Zo ontstond het prachtige Liberaal Volkshuis, van de hand van architect Jan Van Asperen (Den Haag, 12 oktober 1876 – Antwerpen, 16 april 1962). Het gebouw werd in 1901 ingehuldigd en deed dienst als koffiehuis met vergaderzaal, feestzaal, toneelzaal én magazijn voor de bakkerij. Want achter de pracht en praal van het Volkshuis lag nog immer de drukke industriële bakkerij verscholen, waar men in die tijd op één kwartier 2.380 broden kon bakken.
Na de Tweede Wereldoorlog ging het met het liberale verenigingsleven bergafwaarts en verloor het Volkshuis zijn oorspronkelijke functie.
- Daniël Vanacker, wetenschappelijk medewerker van het Liberaal Archief, schreef ‘Leo Augusteyns en de liberale arbeidersbeweging’, uitgegeven door het Liberaal Archief en Academia Press, 2008, 2 delen, 800 p., 250 illustraties. Klik hier voor het hoofdstuk daaruit over de bouw van het Liberaal Volkshuis.
Begin jaren vijftig wordt Bell Telephone eigenaar van het gebouw. Het bedrijf toverde ‘Help U Zelve’ om tot een fabriek voor radio- en televisietoestellen. In 1952 maakten verbouwingen een einde aan het oorspronkelijk art nouveaubinnenwerk en het prachtige ijzersmeedwerk dat de verschillende niveaus afboordde. Gelukkig bleven de hoofdlijnen van de gevel wel bewaard.
In december 1966 werd het gebouw gekocht door de elektriciteitsmaatschappij Ebes.
Sinds 1974 worden de voorgevel, de terrasgevels en de daken als monument beschermd.
In 1984 kocht de Antwerpese Rudolf Steinerschool het gebouw én enkele aanpalende huizen in de Scheldestraat.
In 1992 konden de gebouwen in gebruik worden genomen als school en de gerestaureerde art nouveaugevel (werk van Rutger Steenmeijer) werd in 1994 plechtig ingehuldigd.
Grondsteen
Maar voorafgaand aan de werkzaamheden die daartoe leidden, vond op zaterdag 28 september 1991 een bijzondere ceremonie plaats. Toen werd namelijk in de vloer van de kelder van het schoolgebouw een grondsteen neergelaten, in aanwezigheid van alle leerlingen, leraren, ouders en genodigden. Een eerste steenlegging kon men het niet noemen want het schoolgebouw stond er natuurlijk. Het was in een zekere zin een grondsteen voor een nieuwe school.
Tot dan toe had de school die al decennia gehuisd in oude burgerhuizen, in afgedankte schoolgebouwen van het katholiek onderwijs, in kelders, op zolders, in fabrieksloodsen en zo meer. Vooral na de brand van 1980 die in de Prins Albertlei woedde tijdens de zomervakantie werd onze middelbare school in de catacomben teruggedreven (Rodestraat, Kattestraat, Prinsesstraat).
De school vormde inhoudelijk een eenheid van kleuterklas tot twaalfde klas. De leraren kwamen, ondanks de versnippering en de afstand tussen de verschillende gebouwen aan de Prins Albertlei en Rodestraat, waar de kleuter-, basis- en middelbare scholenhuisden, toch wekelijks samen voor studie en overleg. Dat bracht ook spanningen mee: in het lerarencollege, in de raad van bestuur, in de algemene vergaderingen van de vzw. Toch was het samenhorigheidsgevoel groot. Iedereen hoopte op een gebouw dat de hele school zou vereningen.
Inmiddels stond het volkomen door industrie verwoeste Volkshuis leeg en te koop.
Na de koop duurde het enige jaren voor alles klaar was voor de restauratie. Architecten moesten gezocht worden, plannen gemaakt waarmee iedereen kon leven, dossiers ingediend, bouwfirma’s aangetrokken, restaurateurs voor de voorgevel geëngageerd.
Bekend en gelauwerd architect bOb van Reeth, toentertijd ouder van de school, werd eind-verantwoordelijke architect, voor de school volgde Sjiel Janssen, eveneens ouder van de school, de werken van dag tot dag op en ouders en leraren gingen aan de slag voor het schilderen en het aanbrengen van houten plafonds.
In de keldervloer kan men, ter hoogte van het huidige atelier van de werkmannen, nog steeds een mooie stenen plaat bewonderen, waarin de datum en het feit staan gegraveerd.
Deze grondsteenlegging was voorbereid door een werkgroep. Zij bepaalde de vorm van het reservoir waarin de spreuk zou worden begraven, een dodecaëder, twaalf vervlochten vijfhoeken, zinnebeeld van de microkosmische en de macrokosmische mens, twaalf het getal dierenriem, vijf het getal van de fysische mens. De dodecaëder werd in koper vervaardigd door Mark van Spaendonk, leraar van Steinerschool Antwerpen. De werkgroep stelde de datum van de steenlegging vast, in overeenstemming met bijzondere sterrenconstellaties die waren onderzocht door Jos Verhulst, leerkracht wis- en natuurkunde van de school en ze koos de spreuk die in de grondsteen zou worden opgeborgen.
Spreuk
Er werd gekozen voor dezelfde spreuk die op 20 september 1913 door Rudolf Steiner werd gelegd in het 1ste Goetheanum en die ook werd gebruikt bij de grondsteenlegging voor een nieuwbouw voor de eerste Waldorfschool in Stuttgart – enkele jaren na haar ontstaan – op 16 december 1921. Deze spreuk luidt als volgt:
(vertaling Wilbert Lambrechts 1991)
Deze spreuk kon ieder die wilde ondertekenen. De namenlijst van degenen diegenen is mee in de kelder dichtgemetseld en daardoor in het fysieke en geestelijke lichaam van de school ingeschreven. Daarvan werd geen afschrift bewaard.
Het was een aangrijpend en ontroerend moment: een nieuwe school werd gefundeerd, een gelofte werd uitgesproken tegenover de geestelijke wereld omtrent de intenties die de school had met het schoolgebouw.
Sjiel Janssen kwam de eer toe om de put waarin deze vorm neergelaten werd, dicht te metselen.
Op vrijdag 28 september 2012 vierde het nieuwe schoolgebouw aldus haar eenentwintigste verjaardag. Daar hebben de toenmalige leerkrachten samen bij stil gestaan door in de kelder, rond de grondsteen, gezamenlijk de grondsteenspreuk te spreken: niet alleen om hun verbondenheid met het verleden uit te drukken, maar ook en vooral als teken voor de toekomst.
Moge de pedagogie, die in de grondsteenspreuk verwoord is als een pedagogie die lichaam, ziel en geest van het kind wil laten opbloeien, haar vruchten verder ook in ons schoolgebouw blijven afwerpen tijdens de volgende eenentwintig jaar en langer.
< ga terug naar zorg of lees verder op organigram >