Julius Caesar, Karel de Grote, Napoleon, Hitler, Stalin, Mao … de namen van deze mensen laten bij zowat iedereen onmiddellijk bepaalde beelden en voorstellingen ontstaan. Wanneer we over deze mensen nadenken, komen gedachten naar boven die bij iedereen verschillend van aard zijn en individueel gekleurd.
De beelden- en voorstellingen waarmee iedere mens de wereld gewoonlijk tegemoet treedt, maken deel uit van zijn wereld- en levensbeschouwing. Wie in zijn jeugd elke dag heeft gehoord dat vadertje Stalin de grootste weldoener aller tijden is, zal dat de rest van zijn leven met zich meezeulen.
weltgeschichte2Wanneer we nu de figuur van Stalin zo onbevooroordeeld mogelijk gaan bestuderen, kunnen we tot een veel genuanceerdere visie komen die ongetwijfeld meer recht doet aan de werkelijkheid en die de basis kan vormen voor een beter begrip van en inzicht in de wereld. Oordelen over de wereld zijn snel geveld, maar het leven leert dat dit soort oordelen vaak vooroordelen blijken te zijn.
Geschiedenisonderwijs kan een belangrijke rol spelen bij de vorming van deze levens- en wereldbeschouwing.

Waarom is geschiedenis eigenlijk zo interessant? Wat boeit ons in het verleden?

Is het de zoektocht naar onze oorsprong metaforen, verhalen en beelden uit een lang vervlogen tijd?
Zijn het de romantische verhalen over grote helden, dappere ridders en kruisvaarders, geniale uitvinders, koene zeevaarders en ontdekkingsreizigers, de mannen en vrouwen die het verschil maken?
Zijn het de scherpe intellectuele analyses en theorieën, de zoektocht naar algemeen geldende wetten in de realiteit, die een (schematische) verklaring van het verleden proberen te geven?
Of is het de combinatie van mythe, romantiek en wetenschap?

In de Steinerscholen wordt duidelijk gekozen voor deze combinatie

In de kleuterklassen en de eerste jaren van de lagere school komt het mythische denken heel sterk aan bod. Vanaf de 5de tot en met de 8ste klas is er het romantisch begrijpen dat zegeviert en vanaf de 9de klas is het tijdperk van de wetenschap aangebroken. In feite volgt dit perfect de evolutie van kleuter tot jongvolwassene. Voor het wetenschappelijk begrijpen zijn de verbanden tussen de dingen, de gekende feiten van zeer groot belang. Met die verbanden worden er theorieën opgebouwd, en die theorieën helpen ons om de wereld rondom ons beter te begrijpen. Essentieel is dat deze theorieën voortdurend getoetst worden aan de werkelijkheid en eventueel bijgesteld en verfijnd worden. Beelden, meningen en begrippen moeten kunnen groeien.

Aansluitend bij deze leeftijdsgebonden ontwikkeling wordt in de Steinerschool de geschiedenis behandeld met nadruk op een welbepaalde invalshoek, die per leerjaar verschilt. Zo leren de jongelui dat er verschillende vensters zijn van waaruit naar de geschiedenis kan worden gekeken. Voor elk jaar wordt een welbepaalde historische periode uitgekozen die zich het beste leent om vanuit deze invalshoek te worden bestudeerd:

7de klas – de ontdekkingsreizen (middeleeuwen en renaissance)

8ste klas – de revoluties (moderne tijden)

9de klas – het omzetten van ideeën in de werkelijkheid (de Verlichting, 19de en 20ste eeuw)IMG_5579 - versie 2

10de klas – de oudste culturen in functie van hun geofysische context

11de klas – Rome en middeleeuwen, vanuit de vraag hoe deze historische samenlevingen georganiseerd waren (bestuur, recht, economie, cultuur en religie)

12de klas – recente geschiedenis en een poging om de grote lijnen en evoluties in het verleden te ontwarren.

Alle achtergronden hier bespreken is te veelomvattend, maar een bespreking van de 9de klas kan uitstekend als voorbeeld dienen.

 

Van krantje naar democratie 

In de bijzonder warme zomer van 1749 zat Jean Jacques Rousseau onder een boom de Mercure de France (nu zou dat De Morgen geweest zijn) te lezen. Zijn oog valt op een prijsvraag, die uitgeschreven is door de Universiteit van Dijon met de volgende vraag: ‘Heeft de vooruitgang der wetenschappen het menselijk handelen veredeld of niet?’
In een flits wist hij het antwoord: niet de mens is slecht, maar de maatschappij waarin hij leeft.

Deze gedachte ligt aan de basis van zijn theorie over de volkssoevereiniteit en deze theorie ligt mee aan de basis van de Franse Revolutie en de Franse Revolutie ligt aan de basis van onze democratie. Wat een krantje lezen in de zon niet allemaal kan teweegbrengen!

Ideeëngeschiedenis

De overgang naar de puberteit, die zich al in de vorige jaren inzette, breekt nu in volle kracht door. In de 9de klas proberen we aan onze leerlingen een zo correct mogelijk beeld aan te reiken van de wereld waarin wij nu leven en hoe deze tot stand is gekomen. Eigenlijk stelt de puber één grote basisvraag: ‘Hoe steekt de wereld in elkaar en wat is mijn plaats in dit geheel?’

De invalshoek voor dit leerjaar is de vraag hoe ideeën in werkelijkheid worden omgezet. De ideeëngeschiedenis laten we beginnen vanaf de renaissance. In feite maakt onze 9de-klasser datgene mee wat de mensheid tijdens de Renaissance beleefde: de geboorte van de eigen persoonlijkheid door middel van het vrije denken. De Verlichting is een van de belangrijke thema’s die nauw aansluiten bij de leefwereld van de leerlingen. De verlichte filosofen droomden van een wereld waarin gerechtigheid, gelijkheid, waarheid en vrede zouden heersen. Zij geloofden in de vooruitgang, zij waren er vast van overtuigd dat de wetenschap de weg was om de wereld te verbeteren.
En willen we dat niet allemaal, de wereld verbeteren?

lindenberg0002 2De grote vraag is dan natuurlijk: hadden zij gelijk?

De wetenschap ligt aan de basis van de moderne techniek en met die techniek kunnen de prachtigste dingen verwezenlijkt worden, bijvoorbeeld op medisch gebied, maar met dezelfde techniek kunnen ook massavernietigingswapens gemaakt worden…
De wetenschap ligt aan de basis van de moderne politieke idealen: het liberalisme dat ons vertelt dat mensen vrij moeten zijn, het socialisme dat ons zegt dat mensen gelijk behandeld moeten worden, maar ook het fascisme, het nazisme, het communisme… die verantwoordelijk zijn voor veel ellende en miljoenen doden.

Het antwoord op de vraag is dus niet eenduidig

Omdat de leerlingen op deze leeftijd de wereld om zich heen veel scherper waarnemen en er ook vanuit hun persoonlijkheid aan willen deelnemen, is het noodzakelijk dat de geschiedenis tot het heden wordt doorgetrokken. De huidige wereld is het resultaat van een ontwikkeling en is er niet toevallig gekomen, de ideeën van de mensen uit het verleden hebben de wereld van nu mee helpen boetseren.
Dit wonderlijke kunstwerk waarop wij leven, is het onderwerp van de geschiedenislessen in de 9de klas.

 

< ga terug naar lesaanbod of lees verder op cultuurbeschouwing >